Anthonius Volle

Veenhuizen

Maatschappij van Weldadigheid

Mijn betovergrootvader Anthonius Wilhelmus Volle bijgenaamd Roman (1836-1896) trouwt in 1858 in Utrecht met

Jacoba (ook Johanna) Wilhelmina van Rijn

 Zij overlijdt reeds in 1872 op 32 jarige leeftijd. Anthonius blijft achter met vijf jonge kinderen tussen de 2 en de 13 jaar oud. De oudste zoon Johannes Bernardus is in 1859, drie maanden na zijn geboorte, gestorven. De andere kinderen zijn Anthonius Bernardus (*1860), Regina Sophia (*1862), Sophia Jacoba (*1864), Wilhelmus Antonius (*1867) en Wilhelmina (*1869).

Twee jaar na het overlijden van Jacoba hertrouwt Anthonius in 1874 met

Maria Antonetta Wouters (1835-1924).

Na een jaar wordt hun dochter Josina Maria geboren in het ziekenhuis (L 460) in Utrecht. De geboorte wordt bij de Burgerlijke Stand aangegeven door Wijnand Brouwers. Maria en Anthonius wonen dan aan de Molensteeg, wijk B, nr 386 in Utrecht.

Tientallen jaren later, op 27 april 1896, wordt Anthonius door de rechtbank van Utrecht veroordeeld tot 3 dagen hechtenis en 3 jaar opzending naar Veenhuizen wegens landloperij. Hij wordt op 4 mei 1896  ingeschreven onder nr 2077.

Hoe is zijn leven in die jaren verlopen ?

Wat is er gebeurd ? 

Tot 1875 staan als beroepen vermeld kaarsenmaker (vanaf 1858), werkman, bediende (1874) en  arbeider (1875). Als hij in 1896 wordt opgepakt heeft hij geen beroep. Anthonius is nog steeds getrouwd met Maria en ook aanwezig bij het huwelijk van zijn dochter Wilhelmina in januari 1896; hij ondertekent de huwelijksakte.......

Opmerkelijk is trouwens dat de bruid tekent met W. Volle gen. Roman !

Van de gevangenen in Veenhuizen werden vanaf 1896 signalementskaarten, beschrijvingen met foto's, gemaakt. Helaas zit er van Anthonius geen kaart in het archief.  Van Cornelis Arie van der Zeeuw, die gelijk met hem is veroordeeld en opgezonden, zijn op 11 september foto's gemaakt voor de signalementskaart. Van Anthonius is jammer genoeg niets terug te vinden. Mogelijk was hij al te ziek of zijn de kaarten na zijn overlijden vernietigd. Anthonius overlijdt 26 september 1896 om 19.00 uur in het hospitaal aldaar. Zijn overlijden wordt gemeld door zaalopziener Theodorus Martens (47 jaar) en Jan Gillet Heemskerk, onderdirecteur (62  jaar). 

De begraafplaats van Veenhuizen (het vierde gesticht !) ligt ongeveer 7 km buiten het dorp op een hoger gelegen plaats. Tot 1870 werden de doden naamloos zonder kist begraven. De dode werd begraven in een juten zak of in de eigen hangmat, zodat ook eventuele ziektekiemen in de grond verdwenen. De familie bezocht nooit de begrafenis.  Later werden bordjes bij de graven geplaatst. In totaal werden er zo'n 16.000 (!) mensen begraven. 

Zou Anthonius Wilhelmus Volle nog op de begraafplaats te traceren zijn ?

 

Landlopers (mensen zonder vaste woon-of verblijfplaats en/of bestaansmiddelen) waren niet geliefd.  Burgers waren bang voor diefstal en ander crimineel gedrag.  In de 19e eeuw werd dit                    gedrag niet getolereerd en deze manier van leven werd afgekeurd door de gegoede burgerij. Daarom kwam er een wettelijk  verbod. Landloperij werd in 1809 als misdrijf opgenomen in het Wetboek van Strafrecht. Landlopers en zwervers werden geregeld opgepakt en weggejaagd. Soms kwamen ze in gevangenissen, inrichtingen en werkkampen terecht.

"Wie sterk genoeg is om rond te reizen, is ook sterk genoeg om te werken" 

In Veenhuizen werd in 1823 een strafkolonie opgericht. Hier werden landlopers en bedelaars opgesloten en aan het werk gezet.

Oprichter van de Maatschappij van Weldadigheid en bedelaarsgestichten Johannes van den Bosch hoopte dat "de luiaard in een volstrekte noodzakelijkheid gebragt wordt door arbeid in zijn onderhoud te voorzien".

Maar ook kolonisten konden in Veenhuizen terecht komen, bijv. als straf voor drankmisbruik, ontucht, verkwisting, brutaliteit of desertie. Van 1896 tot 1901 werd in Veenhuizen de signalementskaart ingevoerd. Een gecompliceerd identificatiesysteem waarin lichaamsmetingen centraal stonden. In Veenhuizen was de begraafplaats van het dorp Veenhuizen, maar ook van overledenen binnen de koloniën. 

 

De Maatschappij van Weldadigheid is een particuliere organisatie in de 19e eeuw die armoedige gezinnen (vooral uit de grote steden) wilde helpen om een eigen bestaan op te bouwen als boer. De eerste steen voor de eerste kolonistenwoning werd gelegd op 25 augustus 1818. Het waren kleine huisjes met een lapje grond. De woningen stonden op regelmatige afstand van elkaar langs kaarsrechte wegen.                                        Nederland was in het begin van de 19e eeuw, na de Franse overheersing, sterk verarmd. Veel gezinnen leefden in de steden en op het platteland in bittere armoede. Plaatsing in de kolonies betekende voor de kolonisten een grote ingreep in hun leven. Velen werden vanuit de stad 'overgeplant' naar een voor hen vreemde omgeving op het Drentse platteland. Sommigen wisten zich goed te redden, anderen keerden maar wat graag terug.

 

Bronnen :

* https://nl.wikipedia.org/wiki/Veenhuizen

* https://alledrenten.nl

* https://www.drentsarchief.nl

* https://www.kolonienvanweldadigheid.eu/bezoek/  Veenhuizen

* https://www.youtube.com

* www.bonmama.nl

* www.hetutrechtsarchief.nl

 

 

Boven : Vechten, tekening

Overlijdensakte opgemaakt bij overlijden van Anthonius Volle,

26 september 1896 in Veenhuizen (gemeente Norg)